IZB
Verslag van het gesprek met IZB-medewerkers
“Het maken van het gezonde gemeenteprofiel is op een bijzonder goede manier verlopen. Een parel daarbij was dat gemeenteleden aan de hand van de vragen met elkaar in gesprek raakten over het geloof. Iets dat in deze gemeente niet vanzelfsprekend is. Er is een breed gedragen verlangen om geloof te delen. In de praktijk van alledag vindt men dat moeilijk. Men ziet zichzelf als een gemeenschap die ruimte schept voor iedereen. De verhalen van nieuwkomers bevestigen dit. . . . de gemeente bestaat voor 70 % uit 70 plussers. Sinds de komst van de nieuwe predikant is het kerkbezoek gestegen van zo’n 80 bezoekers per dienst naar zo’n 120. Wanneer er een beroep gedaan wordt op mensen om iets te doen voor de gemeente dan is dat geen probleem als het gaat om praktisch werk.
Bij het voeren van geloofsgesprekken of het doen van voorbede ligt dat stukken lastiger. Al pratend komen een aantal lijnen naar voren. Deze lijnen kunnen de basis zijn voor het beleid van het komende seizoen en eventueel het volgende.
Uitgangspunt: meersporenbeleid dat enerzijds ouderen respecteert en anderzijds voor verandering zich richt op de jongeren en de nieuw te ontvangen zoekers. De predikant kan zijn inzet als het gaat om verandering richten op visie-, kadervorming en helpen organiseren m.b.t. de jongeren en doelgroep zoekers.
Meersporenbeleid kun je ook zo samenvatten, zoals we erover spraken: verdiepen (geloofsgesprek, blijven werken aan een gezamenlijk fundament leggen, het verlangen blijven voeden en open communiceren) en een ontdekkingsspoor uitrollen (kerk een nieuw gezicht geven voor de buurt, met mensen uit de wijk echt contact zoeken en in relatie gaan om te leren hoe op deze plek kerk te zijn).
- Voor de grote groep 70 plussers doorgaan op de voor hen bekende lijn. Kleine aanpassingen in de eredienst zijn geen probleem. Daarbij is het belangrijk om hen mee te nemen in een nieuw te ontwikkelen spoor. Goede informatie en inspraak van hen zijn wezenlijk.
- Met de hele gemeente oefenen in het voeren van geloofsgesprekken. Hiervoor kan een gericht aanbod geformuleerd worden. Dit is dan een direct antwoord op het gemeenteprofiel.
- Een nieuw spoor aanboren. Dit spoor kan betrekking hebben op:
-
- Kinderen. De kerk gaat activiteiten ontwikkelen voor kinderen uit de buurt en betrekt via hen de ouders bij de gemeente. De scholen kunnen hierbij ingeschakeld worden. Hiervoor is wel de juiste menskracht nodig en het is de vraag of die er nu is.
- Er wordt contact gelegd met de mensen uit de buurt. Dit is nodig om niet van ‘binnen’ naar ‘buiten’ te denken, maar zicht te krijgen op ‘buiten’ en dit vertalen in het aanbod van de gemeente. . . . Deze ontmoetingen rondom zingevings- en geloofsvragen geven informatie over hoe deze mensen in het leven staan, wat zij als zinvol ervaren enz.. De vraag of en wat de gemeente voor hen zou kunnen betekenen is onderdeel van het gesprek.
- Er kan ook doorgedacht worden over de mogelijkheid de kerk meer beschikbaar te stellen voor de buurt. Ruimte bieden aan activiteiten die voor de buurt van belang zijn. Zo komen mensen om verschillende redenen over de drempel.
- Werk maken van het formeren van een ‘gideonsbende’, een kritische ‘denktank’ die de weg van veranderen (visie, kader, organisatie) gaat helpen ondersteunen, zo blijft het niet alleen iets van de predikant (eerst bewust wel). Zo zullen ook ontmoetingen met buitenstaanders effect kunnen hebben voor ‘binnen’.
- Nuttig voor dit nieuwe spoor kan ook zijn te werken met ‘Missionair is mogelijk’, zodat de gemeente bewust haar activiteiten richting geeft. Bijvoorbeeld het element van werken met een traject. Zo voorkom je ook dat je teveel hooi op je vork gaat nemen.
- Gezien het enthousiasme van de gemeente om het gemeenteprofiel te maken is het belangrijk om hier gericht iets mee te doen en dit niet uit te stellen. Daarbij kan er tegelijkertijd gewerkt worden aan het 1e (bezield door geloof) en 2e kenmerk (een naar buiten gerichte blik). Het voeren van geloofsgesprekken onderling, het meer bezield raken, en het in contact komen met mensen van buiten. De blik naar buiten richten. Beide kunnen elkaar inspireren. Het is wijs om daarbij niet al te veel aan te pakken, maar keuzes te maken die haalbaar zijn wat betreft het aantal vrijwilligers, de tijd die de predikant heeft en het af te stemmen op wat de gemeente aan kan.“
Namens de IZB, Kees Koster en Tineke Zeefat
Reactie mogelijkheid is gesloten